
Hoewel het een gewone donderdag was, droeg de Gedichtendag in de Taalwerkplaats allerminst een alledaags karakter. Verwachtingsvol namen de toegestroomde gasten plaats in de knusse theaterruimte. Ik zag dat verscheidene mensen waren gekomen met een mapje.

Mart Brok, die zoals gewoonlijk de mensen verwelkomde, stelde voor, dat de gegadigden om beurten in beginsel twee gedichten zouden voordragen, afgewisseld door zang van Pleun Wassenaar, die zichzelf op de gitaar zou begeleiden.

De openingsvoordracht werd gehouden door Klaas van der Meulen, stadsdichter van Emmen, die zich als leraar had laten inspireren door zijn puberende pupillen. Ook droeg hij het gedicht over Emmen voor, dat eerder in de Zuidoosthoeker was gepubliceerd. Jawel, in het Fries, wat een extra cachet geeft aan de voordracht: op zich al een reden om het Fries en andere streektalen niet te laten verwateren.
Een vrolijke noot was zijn gedicht over de masseuze Geraldien, die velen uit de omgeving regelmatig onder handen schijnt te nemen.

Gerdina uut Echten trad als tweede naar voren. Zoals we van haar gewend zijn, had zij zich weer door de natuur laten inspireren.

Verrassend was het optreden van Teresa López Bahena, geen onbekende in de Taalwerkplaats, die het ondanks haar studie nog lastig vond om zich poëtisch in het Nederlands uit te drukken. Zij droeg gedichten voor in haar moedertaal, het Spaans. Helaas kon niet iedereen Spaans verstaan en moesten sommigen zich tevreden stellen met de suggestieve klanken van haar zieleroerselen.

Er was nòg een Gemeentedichter in ons midden: Bertus Beltman. Hoewel officieel landelijk als thema “verwondering” gold, was Bertus daarvan afgeweken. Zijn thema was “Reflex”, maar zijn voordracht was er zeker niet minder om. Ook zijn gedicht “Achter het Zwarte Meer”, was eerder gepubliceerd, op de site van RTVDrenthe.

Na Bertus Beltman nodigde Mart Pleun uit om op het podium te treden. Zij werd geïnstalleerd op een (wat krakend) krukje met twee microfoons en een gitaar. Met haar warme, makkelijke stemgeluid coverde zij een liefdesliedje van de groep Oasis. En toen kwam toch even de leraar in Mart Brok naar boven. (de ‘superstalmeester’, zoals iemand opmerkte) Hij miste de vonk van verliefdheid in haar optreden. “Zing het nog een keer”, moedigde hij haar aan, “en dan met wat meer overtuiging”. Haar verlegenheid duurde maar kort en ze ging er vol tegenaan met enthousiasme en zelfs een vleugje agressiviteit. Het was leuk om te zien. Als een soort overwinning sloot ze haar optreden af met een gedragen “Halleluja”.

Het halleluja was amper verstorven, toen schrijfster en docente Thérèse Major naar voren kwam. Thérèse, van wie we voornamelijk proza gewend zijn, droeg een mooi gedicht voor. En Roelof Vos, die van alle markten thuis is, had nog een stemmig stukje Drents proza in zijn mapje en verraste ons daarna met een vrolijk vers over een kat, die Duits verstaat.

Coby de Jonge, actief lid van de Dichtersgroep Emmen, werd tijdens haar voordracht begeleid door de accordeonklanken van Karin van der Veur.

Direct daarna was de beurt aan Geja Casu, eveneens uit dezelfde Dichtersgroep. Geja droeg haar gedicht op aan een -helaas- reeds overleden collega.
Om de gasten gelegenheid te geven een drankje te halen werd er een korte pauze ingelast. Dat was geen overbodige luxe, want wij werden als het ware overspoeld door zoveel poëtische indrukken en emoties.
Direct na de pauze mochten wij weer genieten van de geruststellende klanken, waarmee de jonge Pleun haar bijdrage leverde. Omdat zij de volgende dag weer aan de studie moest, vertrok zij direct na haar laatste optreden, maar niet zonder de belofte van Mart Brok, dat zij in de toekomst zou terugkomen in de Taalwerkplaats.

Mart zelf, blij verrast door de aanwezigheid van Karin van der Veur, droeg zijn werk voor met ondersteuning van haar muzikale interpretatie.
Bertus Beltman, Coby de Jonge, Thérèse Major en Roelof Vos gingen voor een tweede ronde.

Namens het bestuur sloot Gerdina de avond af met een dankwoord en een ‘tot spoedig weerzien’. Want het houdt niet op: 9 februari is men welkom in het schrijfcafé onder leiding van Thérèse Major en op 14 februari is het zoete thema: rozen en liefdesliedjes. Wie doet er mee?
(foto’s door Thérèse Major en Ineke van Gemert)